|
Zeg dat wel.
Als kind was ik erg verlegen.
Dat gelooft nu bijna niemand meer.
Maar het is echt waar.
Ik durfde bijna niet naar mijn tante en die woonde toch echt maar een stukje verder.
Aan het eind van de straat,
Wat zal het geweest zijn?
300 meter?
Zoiets ja.
Maar het kan ook minder zijn.
Het maakt niet zoveel uit.
Ik kreeg al een rooie kop als ik daar binnenstapte om met mijn neefje te gaan spelen.
Lastig.
Verlegenheid.
Ik wist me soms echt geen raad.
Maar ik moest toch iets.
En dat was mijn eigen innerlijke leefwereld.
Daar voelde ik me goed.
Daar was ik veilig.
|
|
Vrije interpretatie. |
Ik heb altijd al een groot creatief vermogen gehad.
Dat klinkt misschien een beetje vervelend.
Arrogant misschien.
Maar mag ik ook iets van mezelf hebben.
Mijn creativiteit heeft me altijd overal doorheen geholpen.
Dat was en is mijn 'ding', zoals dat tegenwoordig gezegd wordt.
Naar buiten toe was ik niet zo handig om me daarin en daarmee te uiten.
Maar innerlijk des te meer.
Mijn innerlijke wereld was onbegrensd.
En dat is ie nog steeds.
Ik speelde werkelijk overal mee.
Van stenen tot en met mens-erger-je-niet poppetjes.
Van cowboys en indianen tot en met auto's.
En alles daartussenin.
Wij hadden ook een kat toen ik heel klein was.
Ferdinand heette hij.
Een mooie zwart wit getekende kater.
Mijn ouders moesten hem wegdoen, want ik zat onder de krassen van dat mooie beest.
Ik zie hem nog voor me.
Zelf was ik niet veel ouder dan 3 denk ik zo.
Ferdinand had het moeilijk met mij, want ik schijn hem niet met rust gelaten te hebben.
Mijn ouders vreesden het ergste , dus besloten ze een goed thuis voor Ferdinand te zoeken.
Dat spelen met de kat heeft niet veel met creativiteit te maken, maar toen ook hij weg was bleef er niet veel meer over.
Met de kippen en duiven, die we nog een tijdje gehad hebben, kon je niet echt spelen.
Anders had ik dat zeker gedaan.
Die duiven moesten natuurlijk ook weg, want die scheten de was van de buren onder.
Kippen hebben we nog best lang gehad.
Tot mijn vader zijn motorboot gebouwd had.
Samen met mijn moeder, want die was ook erg goed met hout.
Van huis uit.
Maar mijn vader deed alle berekeningen en natuurlijk het zware werk.
Mijn broer was ouder dan ik, dus hij kon al goed meehelpen.
Wat hij volgens mij graag deed.
Hij zat altijd met zijn snufferd vooraan.
Dat doet hij nog steeds erg graag.
Neem het hem eens kwalijk.
Hij heeft er veel van kunnen leren.
Ik kon ook goed helpen.
Door niet lastig te zijn.
Geen probleem.
Ik had immers mijn innerlijke belevingswereld.
Uren kon ik mezelf daarmee bezig houden.
lezen heb ik ook altijd heel veel en graag gedaan.
Ik was best wel een rustig jongetje.
Al zeg ik het zelf.
Als ik behoefte aan gezelschap had, liep ik naar buiten.
Daar onder het, speciaal daarvoor gebouwde, afdak bevond zich de scheepswerf Van Harten.
Helaas heb ik er nu zelf geen foto meer van, maar het was een mooi jachtje.
Niet zo groot, maar alles eind jaren 50 en begin jaren 60 was niet zo groot.
En ons 'Schrijvertje', zo heette het type boot, mat 6m 74 cm.
Of iets meer.
Net geen 7 meter.
Door de grote kuip was er ruimte genoeg om er met ons vieren mee te varen.
En op te slapen.
Al snel gingen we ieder jaar met de boot richting Friesland.
Om aan het materiaal en het hout te wennen had mijn vader eerst een 'Piraatje' gebouwd.
Voor mijn broer en mij.
Dat piraatje sleepten we achter de 'Harten Vier" mee naar Friesland.
Mooie vakanties waren dat.
Misschien later meer daarover.
Roeien, zeilen en een klein buitenboordmotortje van anderhalve PK.
Een Seagull.
Die dingen lopen altijd.
Als ze het niet doen, dan is ie echt naar de haaien.
Mij broer mocht al snel ook met het motortje.
Bij mij duurde dat wat langer.
Ik was nog te jong.
Acht was ik, toen ons piraatje klaar was.
|
Glad ijs. |
Mijn innerlijke belevingswereld groeide en groeide.
Toen kwam daar de lagere school .
Als je nu aan me vraagt: "Wanneer hield jouw leven op?"
Dan was dat het moment dat ik verplicht naar school moest.
Wat een ramp.
En dan druk ik me mild uit.
De hel op aarde.
Dat was het.
Ik heb me nooit en te nimmer op welke school dan ook lekker gevoeld.
Pas toen ik op de kunstacademie zat werd dat wat beter,
School is ook niet bevorderlijk voor een creatieve kindergeest zoals de mijne.
De meeste van mijn vriendjes en vriendinnetjes op school schenen er niet zo onder te lijden als ik.
Zo leek dat ten minste.
Ik kan het mis hebben.
En in sommige gevallen had ik dat ook mis.
Maar ik was in ontwikkeling en die werd nogal gehinderd door school.
De Juffen en Meesters deden hun best.
Een juf zelfs zo goed, dat het nooit wat geworden is tussen ons.
In feite heeft ze mij het leven, door haar gedrag, zo moeilijk gemaakt dat ik het hele schooljaar uit mezelf geen woord tegen haar gezegd heb.
Ze vond dat ik niet normaal was, dus wilde ze me niet naar de zesde klas over laten gaan.
De zesde klas noemen ze tegenwoordig groep 8.
Alle andere leerkrachten waren het met mijn ouders eens.
Volgens hen was er niets, of niet veel dan, met mij aan de hand, zodat ik rustig naar klas zes over zou kunnen.
Maar dat vreselijk oneerlijke en onechte mens ging fors op haar strepen staan en ik zou dus niet naar de normale zesde klas gaan, maar naar 6b.
Dat was een klas met kinderen die naar de technische school en de huishoudschool konden.
En als ze dat per se wilden ook nog naar 6a.
Dat laatste heb ik dus gedaan.
Van 6b naar 6a.
Later heeft meester Raadsveld mijn ouders nog gezegd zich geen zorgen om mij te maken, want het zit er in en het komt er absoluut ook uit.
Toen ik dat hoorde was ik erg blij, want die hele affaire heeft mijn zelfvertrouwen nou niet bepaald goed gedaan.
Waarom?
Dat is een goede vraag.
Al eerder heb ik verteld over mijn gevoeligheid wat sferen betreft.
Dat heb ik dus altijd al gehad.
Daar ben ik mee geboren en mijn vroege jeugd heeft er aan bijgedragen dat ik me in ieder geval op geestelijk gebied goed kon ontwikkelen.
Maar deze juffrouw, ik zal haar naam niet zeggen, want dat verdient ze niet en het is ook niet nodig, was zo afschuwelijk onecht en oneerlijk in haar gedrag naar kinderen toe, dat ik er misselijk van werd.
Altijd dezelfde kinderen voortrekken.
Ook die namen zal ik niet noemen, want zij konden er ook niet zo veel aan doen.
Sommigen hebben er handig gebruik van gemaakt.
Alleen ik wist niet hoe.
Mijn protest bestond uit zwijgen.
Dodelijk zwijgen.
Want als een 11 jarig kind een jaar lang niets tegen je zegt, dan zit er iets niet goed.
Haar valsheid uitte zich onder andere in zeer onechte stembuigingen.
Van heel hoog, naar laag en niets klonk eerlijk en oprecht.
Eerlijk gezegd weet ik niet of er meer kinderen in mijn klas waren die dat ook in de gaten hadden.
Ik in ieder geval wel.
En er ging geen dag voorbij of dat mens tartte mijn gevoel van rechtvaardigheid.
Dat is een beetje sterk ontwikkeld bij mij.
Daarom gebruik ik Hendrik ook om dat stuk van mij een uitlaatklep te geven.
Ik zie nou eenmaal gelijk wat voor vlees ik in de kuip heb.
Zit er zo goed als nooit naast.
Misschien een enkele keer.
Aan die gave heb ik veel gehad als acteur/animator.
In mijn muziek avontuur was het eerder een handicap.
Er hoefde maar ergens iemand zich rot te voelen of ik voelde dat, zonder daar erg in te hebben overigens, en dan speelde ik al niet lekker meer.
Dat heeft me zeker als jongeman in bandjes parten gespeeld.
Als het echt heel erg was, dan ontstemde mijn gitaar onder mijn vingers.
Zo sterk werkte dat op mij in.
|
Dat wel natuurlijk.
Mijn gevoel onderdrukken was een natuurlijke gang van zaken.
Maar dat is buitengewoon onnatuurlijk voor een type als ik.
Voor iedereen natuurlijk.
Maar mijn gevoel was de enige graadmeter waar ik houvast aan had.
Het zou nog jaren en jaren duren voor ik er erg in had en het onder controle kreeg.
Ik was al over de 50 toen ik dat voor elkaar kreeg.
Dat was toen ik in de club reisgenoten, zoals ik ze noem, van Marie Thérèse terecht kwam en daar leerde dat wat ik altijd al gezien en gevoeld had ook echt was.
En helemaal waar.
Mijn gevoel liegt nooit.
Ik heb wel geleerd er goed mee om te gaan.
Wat voor mij de waarheid is, hoeft dat voor een ander niet te zijn.
Een voorbeeld.
Als ik op een bruiloft van twee dolgelukkige mensen werkte, zei ik hen nooit dat het huwelijk waarschijnlijk niet zo lang zou duren.
Dat doe je niet.
Maar in een paar gevallen heb ik achteraf vernomen dat het huwelijk inderdaad geen stand gehouden had.
Tja, wat doe je als je het voor je ziet gebeuren.
Blijven lachen en net doen of je gek bent.
Dat kwam op zich wel mooi uit, want voor veel mensen is het werk als entertainer niet veel meer dan een beetje gek doen.
En er dan nog voor betaald worden ook.
Ach.
Het went.
Ook mijn hoge gevoeligheid.
|
|
Hoe zal ik het zeggen? |
|
Blijven proberen. |
Tot en met mijn 52ste levensjaar is het echt een handicap voor me geweest.
Natuurlijk heb ik mezelf stilletjes aan geleerd naar mijn gevoel te luisteren.
Een van de voordelen voor mij was dat ik niet meer zo nodig altijd gelijk moest hebben.
Ook al had ik het, dan nog is het vaak beter die waarheid in het midden te laten.
Een ander kan maar zo een andere mening hebben.
En dat recht heeft die ander dus ook.
Zoiets gaat natuurlijk niet in een keer.
Daar gaat tijd overheen.
En omdat mijn schooltijd bepaald geen succes was, was van overmatig zelfvertrouwen nou ook niet bepaald sprake.
Vandaar dat ik eigenlijk altijd en overal onder mijn normale mogelijkheden gefunctioneerd heb.
Als een soort lijfsbehoud.
Aan de ene kant kan dat handig zijn, maar het zorgt natuurlijk ook vaak voor frustratie.
Je ziet dat er iets niet goed is of gaat, maar er zelf niet toe komen om het beter te doen.
Ja, voor mezelf wel, maar een ander daar bij helpen is lastig.
Wie ben ik om iemand anders te zeggen dat het anders en misschien wel beter kan?
Zou dat soms echt wel graag willen doen.
Maar ik heb alleen een kunstacademie diploma en daar kom je niet ver mee.
Nee, zolang er in deze wereld nog naar schoolresultaten gekeken wordt moet ik gewoon wat anders gaan doen.
Waar was ik ook alweer goed in?
|
De waarheid mag wederom gezegd worden.
O ja.
Creativiteit.
Nou dan doe ik daar dus wat mee.
Sinds ik die prachtige URL heb gekregen is er weer een deur voor me geopend.
Dirk is NU overal
In De Speakerscorner oefen ik me in het uiten van hoe ik het zie en wat ik daar van vind.
Dat durfde ik vroeger niet zo goed.
Was bang dat ik telkens weer in een hoek geschopt zou worden.
Zoals dat in de vijfde klas op de lager school gebeurd was.
En op de Mulo en de HBS later ook gebeurd is.
Beide scholen heb ik niet afgemaakt.
De lagere school wel, want ik ben keurig ook naar 6a gegaan.
Maar mijn ziel was reeds geknakt en dat is wat school betreft nooit meer goed gekomen.
Ik heb er wel aan gewerkt en het reeds lang in mijn gevoel gebracht en het alzo verwerkt.
Terug naar school.
Van de derde klas Mulo mocht ik naar de derde klas HBS.
Een rechtstreeks gevolg van mijn creativiteit.
Want een kat in het nauw maakt rare sprongen.
Ik kwam later pas achter de ware reden van mijn opmerkelijke switch.
Na veel heen en weer gepraat en omdat ik er zo aardig uitzag en mijn vader ook op die HBS in Zaltbommel gezeten had, werd ik toegelaten.
Was ik op de Mulo al eens blijven zitten, gebeurde dat op de HBS natuurlijk ook.
Gekscherend zeg ik wel eens: " Ik heb drie jaar HBS en daar heb ik twee jaar over gedaan."
Best wel een frustratie geweest.
Daar ben ik heel eerlijk in.
Maar heeft heeft niet zo mogen zijn.
Het is me niet gelukt.
Ik weet dat leerlingen niet helemaal onbevooroordeeld naar hun eigen cijferlijst kijken en ik zal daar echt geen uitzondering in geweest zijn, maar ik weet zeker dat het een paar keer expres gebeurd is om mij een lesje te leren.
Dat is dus op 3 scholen gebeurd.
Ik geef toe dat ik geen briljant student was, want daar deed ik te weinig voor.
Misschien heeft dat me wel echt genekt.
Ik wilde heus wel, maar het zal er gewoon niet in.
Altijd heb ik al moeite gehad met dingen onthouden waar ik het nut niet van inzie.
Dan ben je gauw klaar in ons huidige schoolsysteem.
Maar als ik de manier van cijferlijsten berekenen vergelijk met hoe dat tegenwoordig gaat, dan zou ik nooit zijn blijven zitten.
De reden waarom ik naar de HBS wilde was officieel omdat ik naar de politieacademie wilde.
Om rechercheur te worden.
Echt waar.
Dat zou ik nog wel willen.
Het nadeel was dat je eerst wel in uniform op straat moet werken.
Volkomen logisch natuurlijk.
Maar uit mijn latere militaire dienst ervaring waarin ik met vlag en wimpel S5 scoorde, zat die uniform dienst er uiteraard niet in.
Ik ben en blijf allergisch voor mannen en vrouwen met strepen en sterren op hun mouw.
Die kun je niet genoeg wantrouwen.
Als ze dat pak uit hebben dan gaat het nog wel.
Maar hijsen ze zich in uniform dan komt de dwaas over hen en kunnen ze zelf niet meer denken en kramen ze wartaal uit die van bovenaf opgelegd is.
Wel erg leuk om dat soort mensen te spelen.
Dat heb ik dus ook gedaan.
Maar in het echt is het afschuwelijk.
Daarom heb ik ook zo'n bloedhekel aan politici die op de een of andere manier macht hebben omdat ze in een grote partij zitten of in de regering.
Ze veranderen in dwazen zonder alcohol genuttigd te hebben.
Dan zou het nog wel gaan.
Dan kun je zeggen dat als de alcohol is in de man, dan zit de wijsheid in de kan.
Er komt werkelijk geen zinnig woord meer uit, want ze mochten eens iets zeggen waar ze later aan gehouden worden.
Of nog erger.
Ze mochten eens iets zeggen wat de partijleider niet goed vindt.
Of dat het slecht ligt bij de achterban.
Je begrijpt dat ik met genoegen mijn eigen cartoonheld Hendrik op dat volk loslaat.
|
|
Zou je dat nou wel zeggen?
Dat vraag ik me ook wel eens af, maar dan vind ik toch altijd een manier om het goed te zeggen en uit te beelden.
Zoals ik het goed vind.
Dat wel.
Ik denk dat je je niet half voor kunt stellen hoe goed het voelt om al die Hendrikken te maken.
Zo af en toe een "Roosje" en een "Swami Willie" ertussendoor.
Voor de broodnodige variatie en andere invalshoeken.
Want ik ben altijd voor vrede en vreedzame oplossingen.
Maar soms is het gerechtvaardigd om geweld te gebruiken.
En dat doe ik dan met mijn teken- en schrijfpen.
Gevoed en aangestuurd door mijn creativiteit en sensitiviteit.
Dat is echt zo'n beetje het enige waar ik goed in ben.
Werken met en vanuit mijn creativiteit en mijn gevoel.
Nu ik een heel nieuw leven mag opbouwen worstel ik met de vraag wat te doen.
En hoe.
Ik heb mijn hemelse vrienden en vriendinnen er al over gevraagd.
Maar ze zijn een beetje stil op dat gebied.
Ik moet het echt zelf uitzoeken.
Ik krijg wel eens een hint.
Maar het duurt soms ook even voor ik dat door heb.
Het is echt de bedoeling dat ik het zelf bepaal.
Mooi natuurlijk.
Maar ook erg lastig.
Mensen helpen.
Hoe?
Door ze te begeleiding in verwerkingsprocessen?
Het zichzelf helen door de reis naar binnen, zoals Jezus ons voorgedaan heeft?
Ja graag.
Ik ben die reis zelf ook gegaan.
En je krijgt nooit mensen met problemen die je zelf niet aankunt.
Nou dan kunnen er veel bij mij terecht, want ik ben heel diep gegaan.
En ik ben bereid nog dieper te gaan als dat nodig is.
Geen probleem.
Gewoon doen.
|
|
Begrijp jij het? Dan begrijp ik het ook!
Ik heb dat al een paar maanden geleden, een maand of zes geleden al wel, het universum in gestuurd.
Erover geschreven.
Erover gepraat.
Precies zoals ik dat ook in mijn werk gedaan heb als ik iets wilde creëren.
Forceren, pushen, werkt bij mij averechts.
Het moet uit mijn binnenste komen anders werkt het niet.
En altijd is alles wat ik graag wilde en ook goed voor me was op de best mogelijke manier gebeurd.
Je krijgt altijd waar je om vraagt.
Als het binnen je levensopdracht past.
Dat dan weer wel.
En dat wordt zo vaak vergeten te vertellen door schrijvers/sters van boeken die in zelfrealisatie geloven en erover schrijven.
En daar ook helemaal gelijk in hebben.
Behalve als het niet de bedoeling voor je is.
Eerst doen wat gedaan moet worden.
Conform je levensopdracht.
Daarna kun je doen en laten wat je wilt.
En daar worstel ik nu dus een beetje mee.
Want ik weet wat ik kan en ik weet ook wat ik wil.
Waarschijnlijk wil ik toch een beetje veel tegelijk.
Maar dat kan ik wel.
Met een paar zaken ben ik aardig op weg.
Ik wil graag schrijven.
Tekenen blijft ook fijn om te doen.
Dat doe ik dus ook allebei.
Boeken en verhalen uitgeven wil ik ook.
Ik ben nu wel even heel eerlijk.
Maar daar komt toch weer dat stukje verlegenheid en examenvrees.
De reden waarom ik werkelijk van Mulo naar HBS ging.
ik heb 3 jaar HBS en dat staat gelijk aan MUlo B.
Daar kon ik mee naar de kunstacademie.
Een opleiding die als een laatste strohalm op mijn weg kwam.
Natuurlijk tekende en schreef ik altijd al.
Vanaf dat ik dat kon en dat was dus al vroeg.
Vooral tekenen dan.
Schrijven kwam pas nadat ik naar de lagere school ging.
|
|
De waarheid doet soms pijn!
Ik had dus examenvrees.
Dat speelde me dus ook nog parten toen ik op de kunstacademie zat.
In het derde jaar problemen met mijn hoofddocent.
Hij niet met mij.
Nee, ik met hem.
Een beetje erg aanwezige man.
Volgens mijn kinderen ben ik ook altijd erg aanwezig.
Tel uit je winst.
Toch weer terug naar de academie.
Voor mijzelf.
Niet voor mijn ouders.
Of omdat dat beter was.
Nee.
De reden voor mij was even simpel als waar.
Ik zou nu eindelijk eens iets afmaken.
Dat heb ik dus gedaan.
Mezelf ook deze keer weer overwinnend.
In mijn vijfentwintigste levensjaar.
Het examen was vlak voor mijn 25ste verjaardag.
Mezelf overwinnen.
Dat gaat me nu dus ook weer lukken.
Kan me geen moer schelen hoe lang het duurt.
Ik doe het gewoon.
Volhouden.
In mijzelf geloven.
In mijzelf vertrouwen.
Weten wat ik wil.
Gaat ook steeds beter.
|
|
Logisch toch!
Langzaamaan krijg ik meer vertrouwen in mijn schrijfcapaciteiten.
Voor een ander weet ik het wel.
Anderen kan ik wel op weg helpen en stimuleren.
Als men dat wil.
Maar het voor mezelf doen is toch nog lastig.
Dat is dus nog een reden waarom ik al sinds half februari twee blogs per week schrijf.
Die ene week dat ik dat niet gedaan heb kwam door mijn drukke werkzaamheden van die week met een paar optredens en zo.
Dat is een oud verhaal.
Sinds twee weken maak ik iedere werkdag een Hendrik en aan het begin van de week ook nog een "Swami Willie" of een "Roosje".
Bovendien schrijf ik er ook nog bij waar het die dag over gegaan is hoe ik tot de cartoon gekomen ben.
Dat zou niet nodig moeten zijn, maar zo doe ik het graag.
Ik schrijf graag en door het vele doen, gaat het ook steeds beter en gemakkelijker.
Hetzelfde begint ook weer te gelden voor het tekenen in de Goof- en Hendrik stijl.
Zo af en toe teken ik ook weer een nieuwe strook van Goof.
Het is nog niet wat het zijn moet, maar het komt.
Als het zover is, dan laat ik ze gewoon zien.
|
|
Keuze en tijd genoeg.
Vandaag wat over mijn jonge jaren geschreven.
Hoe mijn innerlijke ruimte me altijd tot dienst geweest is.
En hoe het toepassen van mijn creativiteit op veler gebied me uit vele lastige situaties geholpen heeft.
Het heeft me goed gedaan, want zo moet ik het doen.
Ik zou niet weten hoe het anders te doen.
En dan ineens ...
hoepla ...
... dan is het daar.
Dan staat het voor mijn deur.
Heeft er waarschijnlijk al een tijdje gestaan.
Maar ik kreeg de sleutel niet eerder gevonden.
Het maakt niet uit.
Alles is altijd goed.
En ook aan dit blog is weer een eind gekomen.
Het was me weer een waar genoegen.
Tot het volgende blog,
Groet,
Dirk
|