woensdag 10 juli 2013

Goof 181 - 192

Aangepaste afspraken.
Aan het schrijven en tekenen van deze en de vorige stroken met Jansen van Mars en Noortje heb ik heel veel plezier beleefd.

Ik moet er nog steeds zelf om lachen en dat was tot voor kort voor mij al genoeg.
Daar moest ik het ook mee doen.

Maar sinds ik de blogs over Goof schrijf, zijn er meer mensen die mijn humor over Goof en de hele club kunnen waarderen.

Wist je dat dan niet?

Nou nee.

Niet echt nee.

In mijn omgeving waren niet erg veel mensen buiten mijn familie- en vrienden kring die het leuk vonden.
Als men het al leuk vond.
Dat is nooit zo te peilen.

Na mijn vruchteloze pogingen om mijn strip aan kranten te verkopen heb ik ze nog maar sporadisch aan iemand laten zien.

Waarom zou ik.

Nu pas kom ik zo af en toe mensen tegen die mij niet kennen en ik hen ook niet en die blijken mijn gevoel voor humor te delen.

Er zijn dus mensen die mijn strip over Goof leuk vinden.
Erg plezierig is dat.

Gelukkig breidt de kring zich langzaam uit.
Ook binnen de vrienden en kennissenkring.

Dat is voor mij een hele nieuwe ervaring.

En dat is heel heel heel fijn.

Het gekke is dat er uit de groep mensen die mij van voor 2010 kennen er weinig zijn die het me laten merken dat ze het leuk vinden.
En al helemaal niet of ze het wel leuk vinden.

Ik begrijp het wel.

Ik ben wel een beetje veel veranderd.

O, jee. Niet slim Jansen.

Vanaf juni 2010 ben ik langzaam in een nieuwe regio komen te wonen en te leven.
Heb daar veel nieuwe mensen leren kennen.
De een wat sneller en beter dan de ander.

Maar voor mij was het een verfrissende en broodnodige ervaring.
Ik ben hier in de kop van Overijssel weer een beetje mens geworden.

Voor hen die mijn De Steen der wijzen blogs kennen en lezen is het duidelijk dat ik een moeilijke tijd achter de rug heb.
Daar ga ik nu niet verder op in.

Inmiddels bruis ik weer van hernieuwde energie.
En ben ik middels dagelijkse cartoons over Hendrik in het blog De Speakers corner weer hernieuwde routine aan het opdoen van dagelijkse productie en aanscherpen van humor.

Mijn humor, wel te verstaan.

Bovendien vereisen sommige cartoons een beetje uitleg over de situatie waar ik Hendrik op loslaat.

Hendrik is meer een commentator van de toestand in de wereld zoals je die vroeger op de televisie wel tegenkwam.

Ik wissel Hendrik zo af en toe af met een spreuk van de week van Swami Willie, een type dat ik in 1994 bedacht heb voor een prijsuitreiking op een feest.

Van de eerste Swami heb ik een foto die ik misschien nog wel een keer laat zien.
Maar dan moet ik hem eerst even opzoeken en scannen.
Misschien doe ik dat wel niet. 
Ontwerp schets voor Swami Willie 1994

De Swami praatte met milde Engelse tongval, zoals de Indiërs doen.

Een van zijn gevleugelde uitspraken was: "Velly wise, velly simple!"

Voor hem was het dat allemaal wel.

Een van zijn 'tegeltjeswijsheden' was de volgende wijsheid: "Het is beter met een volle blaas naar beneden te lopen dan naar boven."

Als je net geweest bent is het onzin.
Maar als de blaas vol is, dan is het wijs.
'Velly wise, velly simple!"

Deze uitspraak kwam spontaan naar boven toen de Swami midden op een trap naar de toiletten stond en hij een mopperende vrouw tegen kwam die het maar raar vond dat de toiletten beneden in de kelder waren.

Na het aanhoren van de wijze Swami, vervolgde ze lachend en enigszins verlicht haar reis naar beneden alwaar de toiletten zich bevonden.
Daar heeft toen een volgende stap in verlichting plaats gevonden.

Die Swami Willie dus, laat ik iedere maandagmorgen een spreuk van de week brengen.

Hieronder de eerste 2.







Lijkt me duidelijk.
Als de macht mild is, is verzet overbodig.
"Velly Wise, velly simple."









Momenteel ligt de Spaanse regering met de minister president voorop, onder vuur wegens vermeende omkoop schandalen.
Een voormalig medewerker heeft een boekje open gedaan over de schaduw boekhouding die hij voor de president bijgehouden heeft.

In deze tijd komen al dit soort zaken boven water.

Niets blijft verborgen.

Zoals je ziet is de Swami inmiddels een verlichte geest geworden.

Hij wel.

Volgens sommigen zweef ik soms ook een beetje (veel).

Maar de Swami zweeft echt.

Ik ben zelf nog aan het oefenen.

Je moet er een keer mee beginnen.

Als je goed kijkt zie je onder die haren en de snor en baard een beetje een jongere versie van mijzelf.

Iets scherpere neus misschien.

Ietsje slanker ook.

Maar dat maakt het zweven een stuk gemakkelijker.



Vrouwen kiezen hun man.

Dat heb ik van een documentaire op de televisie geleerd.

Voor zover ik dat nog niet wist dan.

Ik heb daar menig macho man het ego mee gekraakt.

Ook Jansen leeft nog in de ontkennende fase, dus hij ziet het niet.

Maar Noortje laat het wel duidelijk merken.

Het is uiteindelijk altijd het vrouwtje dat bepaalt of het mannetje mee mag doen met eitjes leggen.

Of niet.

En dan zeg ik het in een alle leeftijden versie.

Wel zo handig.

Bij vogels kun je dat heel goed zien.

Als het eitjes-leg-tijd is, dan laten de dames een reeks heren de horlepiep dansen en degene die dat het beste doet mag meedoen met eitjes leggen.

Zit er geen geschikte kandidaat bij, dan wacht ze geduldig op de volgende kandidaten.

Bij ons mensen gaat dat precies zo.

Alleen laten de dames ons heren met het idee jongleren dat wij onze dame van keuze echt zelf uitkiezen.

Dat is natuurlijk ook wel zo, kijk maar naar al die bandenkalenders en andere soorten van bladen waar allerlei begeerlijke vrouwspersonen in afgebeeld staan.

Maar als de dame van onze keuze ons niet wil, dan maken we verdomd weinig kans en hebben we klaarblijkelijk de horlepiep niet naar behoren gedanst.

Verder dansen dus.

Nou weet je gelijk ook waarom veel mannen niet van dansen houden.

Die afwijzing na de verkeerde horlepiep zit ons nog diep in de genen.
 
Zo is het maar net.
Zie je wel.

Noortje begrijpt het.

Toen ik net gescheiden was zeiden mijn collega's en vrienden dat ik nu weer op jacht kon.
Op jacht naar een nieuwe vrouw.

Daar was ik op dat moment natuurlijk nog helemaal niet klaar voor en dus zei ik na zo'n opmerking: "Nee jongens ik ben nooit een vrouwenjager geweest. Ik kon het vroeger niet, heb het in de tussentijd ook niet geleerd en ik ben nu zeker niet van plan dat nog te leren. Er komt vanzelf een aardige mevrouw die besluit mij te houden."

En zo is het gebeurd.
Briggitte heeft me gehouden.
Al ruim 3 jaar.

Natuurlijk wilde ik zelf ook.
Maar zij moest het dus ook willen.

Mooi is dat hè.
Hoe de natuur dat geregeld heeft.

Het enige wat wij mensen hoeven te doen is het begrijpen, accepteren en het geduld op brengen om de natuur haar werk te laten doen.

Het loont de moeite.
Dat kan ik je wel vertellen.

Al is de leugen ...

... nog zo snel, de waarheid achterhaalt haar wel.

Daar komt Jansen snel genoeg achter.
Of dat nog in de oude serie Goof is, of in de nieuwe weet ik nog niet.

Maar hij gaat er spijt van krijgen.

Al heeft hij op zich wel een goede reden.

Dat dan weer wel natuurlijk.
Wat doet een vrouw ook op Mars.
Dat wij mannen best naar Venus willen is natuurlijk heel wat anders.

"Velly wise, velly simple!"

Zonder gekheid.

Als Venus inderdaad een planeet is waar een sfeer van vrede en liefde heerst zou ik daar best eens willen kijken.
Misschien zelfs wel blijven.
Als ze me hebben willen.

En als Mars inderdaad een planeet van oorlog is, dan laat ik de mogelijkheid daar een kijkje te nemen, vriendelijk doch beleefd aan mij voorbij gaan.

Op aarde is al ellende genoeg.

Het is ook overal hetzelfde liedje.

Ik kies altijd voor vrede.
Dat is de aard van het beestje.

Wordt jij dan nooit boos Dirk?

Natuurlijk wel.
Maar steeds minder.

Over politieke blunders en misstanden waar ook ter wereld kan ik me danig boos maken.

Die boosheid laat ik middels de Hendrik cartoons de vrije loop.

Gelukkig is niet alles is boosmakend.

Maar als ik op tv weer eens een minister, staatssecretaris of deskundige op welk gebied dan ook, de grootst mogelijke onzin uit hoor kramen, dan kan ik me daar wel over opwinden ja.

Sommigen kunnen me echt wel kwaad maken.
Zoals de volgende Hendrik cartoon laat zien.



Zo noemt Hendrik Halbe Zeilstra.
Fractievoorzitter van de VVD in de 2de kamer.

Wat doet die man verkeerd dan?

Zo'n beetje alles.
Hij is of echt dom of hij speelt een misselijkmakend machtsspelletje.

Ik hoop voor hem dat hij dom is.
Swami Willie zou zeggen: "Hij is niet dom. Hij is slechts onwetend."

Op zo'n moment ben ik wel blij dat ik niet net als de Swami verlicht ben, maar gewoon nog met beide benen op de grond sta, want ook al is deze man onwetend, dat maakt hem niet minder gevaarlijk.

Zijn uitspraken verraden dat deze man zeer rechtlijnig denkt en als iets hem in de weg staat, dat hij dat ten koste van alles uit de weg wil (laten) ruimen.

Als het aan hem lag, zou de eerste kamer per direct opgeheven worden.
Want die lopen het kabinet voor de voeten.
Dat heeft hij meerdere keren op verschillende wijze gezegd.

Laten we met ons allen blij zijn dat die eerste kamer er is en dat de regeringspartijen zo dom zijn geweest om een kabinet te smeden dat alleen in de tweede kamer een meerderheid heeft, anders waren wij gewone burgers allemaal binnen de kortste keren de Sjaak.

En niet zo zuinig ook.

Nu ook wel, maar het duurt nu wat langer en het doet de middenklasse wat meer pijn.

Maar van een beetje pijn ga je niet dood.

Van de honger en uitputting wel.

En als we niet uit kijken, dan ontstaan er op een aantal plaatsen in het land rerservaten.

Daar hoeft de gegoede burger dan niet eens veel voor te doen.

Er hoeven alleen maar een paar hoge muren om enkele dorpen en kleine steden gebouwd te worden.

Het zal misschien niet zo'n vaart lopen, maar ik voorzie echte opstand op gang komen.

Zoals dat in verschillende landen rond de middellandse zee en Brazilië al gebeurt.

Ik zie Halve Zoolstra op de, enige nog overgebleven regeringsvriendelijke, tv zender al maatregelen aankondigen.

"Als de demonstranten zich niet gauw terugtrekken en de regeringsmaatregelen accepteren, dan kunnen wij niet anders doen dan het leger opdracht geven met scherp te schieten."

Of woorden van die strekking.

Ik hoop niet dat ik gelijk ga krijgen, maar ik zal er waarschijnlijk niet ver naast zitten.

Terwijl het nu al zo heel anders kan.

De tijden zijn aan het veranderen.

Samen kunnen we er iets moois van maken.

Laten we dat dan ook doen.

Maar zo'n Halve Zoolstra begrijpt het niet of hij wil het niet zien.

Daarom kan ik op zo'n gast boos worden.
Erg boos.

Niet zo heel erg boos.

Maar toch boos.


'T valt ook niet mee.
Je kunt goed merken dat Jansen nog lang niet op alle planeten geweest is, want op de 'Andere Aarde' gaat het er heel anders aan toe.

Daar wordt eendrachtig samengewerkt om alles wat gedaan moet worden ook daadwerkelijk samen te doen.
Voor iedereen hetzelfde.
Eerlijk dus.

Dat kan hier ook.
De tijd is er rijp voor.

De oude machthebbers/sters staan dat nog in de weg.

Niet lang meer.

In Egypte zijn ze aan de tweede zuiveringsronde bezig.

Indien nodig komt er een derde en een vierde.

Net zolang tot alle oude macht denkers/sters het loodje gelegd hebben en er echt aan iets moois en nieuws gewerkt kan gaan worden.

Ben ik een romanticus?

Misschien wel ja.

Zweef ik?

Nog niet.

Wat in het vat zit verzuurt niet.
En dat is natuurlijk nog erger.

Dat is pas echt zielig.






Daar heeft Swami Willie de volgende spreuk voor: "Zonder hart geen leven!"
Wat zoveel betekent als; 'Zonder vrouwelijke energie komt er niets van de wereld terecht.'

We moeten nu toch echt gaan samenwerken.

Doen we dat niet, dan blijven we in de oude mannelijke energie steken en stevenen we af op een technocratie.

Dat is dus een verergerde vorm van onze huidige maatschappij waar juridisch en economisch opgeleiden de zaak regeren en dus ook kapotmaken.

Dan wordt er niets met het gevoel gedaan en dan krijgen we het allemaal erg moeilijk.

Nu al zie je dat er maatregelen genomen worden die langs een liniaal getrokken zijn.

"O, u bent 1 meter 60?"

'Bijna.'

"Dan komt u helaas niet in aanmerking voor een rolstoel."

'Waarom niet?'

"Die zijn voor grotere mensen."

'Ja maar ik heb een rolstoel nodig!'

"Kan wel zijn, maar u bent niet lang genoeg."

'Wat moet ik dan?'

"Hebt u familie?"

'Ja, gelukkig wel.'

"Dan moet uw familie u maar dragen!"

' ..... ?!?'

Als je denkt dat dit flauwekul is, kijk dan maar eens goed naar de regeringsvoorstellen in de zorg en de thuiszorg.

Daar lusten de honden geen brood van.

Het UWV heeft in Wassenaar een man gevorderd zijn 45km autootje in te leveren.
Je weet wel.
Zo'n overkapte bromfiets.

Heeft die jongen nodig om zich te verplaatsen.
Ik geloof dat hij Rinus heet.

Waarom moet hij dat karretje inleveren?

Omdat hij volgens het UWV niet genoeg zijn best doet om werk te krijgen.

Zijn ze bij het UWV even vergeten dat het werk al lang niet meer voor het oprapen ligt.
En al helemaal niet meer voor gehandicapten van welke aard en graad dan ook.

Maar zoals ik al eerder gemeld heb is het merendeel van de medewerkers/sters van het UWV juridisch geschoold.

Die werken niet met en vanuit hun hart.

Ondertussen willen de ministers en staatssecretarissen het contact tussen overheid en de burger ook nog beperken tot computerverkeer.

Lekker makkelijk.

Kun je de richtlijnen strak uitvoeren en hoeven we helemaal niet meer menselijk te zijn.

Nee mensen.

Weg met die club Halve Zoolstra's. 

Die doen de mens- en menselijkheid meer schade dan je als echt mens lief is.

Toch een beetje boos Dirk?

Echt wel.

Terecht toch, of niet soms.

Tijd voor iets anders.

Kunst en vliegwerk

Inspiratie uit onverwachte hoek.

Ondertussen komt heer Bolkman maar niet tot een vruchtbaar creatief proces.
Hij blijft steken in goede bedoelingen.

Maar die groef wordt steeds dieper.

Zonder hulp komt hij er echt niet uit.

Geblokkeerd en gefrustreerd als hij is.

Eens moet de eerste keer zijn.

De zaak eens van een andere zichtpunt bekijken.

Eens om het probleem heen lopen om het van alle kanten te bekijken.
Zouden we allemaal eens moeten doen.

Levert soms verrassend frisse inzichten op.

En dan niks weten.
Het is helaas niet iedereen gegeven om een wending aan zijn/haar leven te geven.

Heer Bolkman mag dan kunstenaar zijn, maar dat wil nog niet zeggen dat hij creatief in het leven staat.

Hij weet het even niet meer.

Dat kan de beste gebeuren.

Het is mij ook overkomen en ik ben niet eens de beste.

Maar als je genoeg je best doet dan komt het wel.

Roosje weet het ook.


Mijn kleindochter Roos staat model voor Roosje.
En Roosje is een kind van en voor de Andere Aarde, zoals er al zoveel zijn en nog veel meer geboren worden en gaan worden.

Roosje begrijpt het.

Als je weet dat wij mensen ook tot het dierenrijk horen, dan geeft Roosje duidelijk aan waar we naar toe gaan.

En waar we het zoeken moeten en kunnen.

Het is weer mooi geweest.

Ik ga boodschappen doen en een paar uur slapen.

Groet,

Dirk



donderdag 27 juni 2013

Goof 169 - 180

Zeg dat wel.

Als kind was ik erg verlegen.
Dat gelooft nu bijna niemand meer.

Maar het is echt waar.

Ik durfde bijna niet naar mijn tante en die woonde toch echt maar een stukje verder.

Aan het eind van de straat,

Wat zal het geweest zijn?

300 meter?

Zoiets ja.

Maar het kan ook minder zijn.
Het maakt niet zoveel uit.
Ik kreeg al een rooie kop als ik daar binnenstapte om met mijn neefje te gaan spelen.

Lastig.
Verlegenheid.

Ik wist me soms echt geen raad.
Maar ik moest toch iets.

En dat was mijn eigen innerlijke leefwereld.

Daar voelde ik me goed.
Daar was ik veilig.

Vrije interpretatie.

Ik heb altijd al een groot creatief vermogen gehad.
Dat klinkt misschien een beetje vervelend.
Arrogant misschien.
Maar mag ik ook iets van mezelf hebben.

Mijn creativiteit heeft me altijd overal doorheen geholpen.
Dat was en is mijn 'ding', zoals dat tegenwoordig gezegd wordt.

Naar buiten toe was ik niet zo handig om me daarin en daarmee te uiten.
Maar innerlijk des te meer.

Mijn innerlijke wereld was onbegrensd.
En dat is ie nog steeds.

Ik speelde werkelijk overal mee. 
Van stenen tot en met mens-erger-je-niet poppetjes.
Van cowboys en indianen tot en met auto's.
En alles daartussenin.

Wij hadden ook een kat toen ik heel klein was.
Ferdinand heette hij.
Een mooie zwart wit getekende kater.

Mijn ouders moesten hem wegdoen, want ik zat onder de krassen van dat mooie beest.
Ik zie hem nog voor me.
Zelf was ik niet veel ouder dan 3 denk ik zo.

Ferdinand had het moeilijk met mij, want ik schijn hem niet met rust gelaten te hebben.
Mijn ouders vreesden het ergste , dus besloten ze een goed thuis voor Ferdinand te zoeken.
Dat spelen met de kat heeft niet veel met creativiteit te maken, maar toen ook hij weg was bleef er niet veel meer over.

Met de kippen en duiven, die we nog een tijdje gehad hebben, kon je niet echt spelen.
Anders had ik dat zeker gedaan.
Die duiven moesten natuurlijk ook weg, want die scheten de was van de buren onder.

Kippen hebben we nog best lang gehad.
Tot mijn vader zijn motorboot gebouwd had.
Samen met mijn moeder, want die was ook erg goed met hout.
Van huis uit.

Maar mijn vader deed alle berekeningen en natuurlijk het zware werk.
Mijn broer was ouder dan ik, dus hij kon al goed meehelpen.
Wat hij volgens mij graag deed.
Hij zat altijd met zijn snufferd vooraan.
Dat doet hij nog steeds erg graag.
Neem het hem eens kwalijk.
Hij heeft er veel van kunnen leren.

Ik kon ook goed helpen.
Door niet lastig te zijn.
Geen probleem.

Ik had immers mijn innerlijke belevingswereld.
Uren kon ik mezelf daarmee bezig houden.
lezen heb ik ook altijd heel veel en graag gedaan.
Ik was best wel een rustig jongetje.
Al zeg ik het zelf.

Als ik behoefte aan gezelschap had, liep ik naar buiten.
Daar onder het, speciaal daarvoor gebouwde, afdak bevond zich de scheepswerf Van Harten.

Helaas heb ik er nu zelf geen foto meer van, maar het was een mooi jachtje.
Niet zo groot, maar alles eind jaren 50 en begin jaren 60 was niet zo groot.
En ons 'Schrijvertje', zo heette het type boot, mat 6m 74 cm.
Of iets meer.
Net geen 7 meter.

Door de grote kuip was er ruimte genoeg om er met ons vieren mee te varen.
En op te slapen.

Al snel gingen we ieder jaar met de boot richting Friesland.
Om aan het materiaal en het hout te wennen had mijn vader eerst een 'Piraatje' gebouwd.
Voor mijn broer en mij.

Dat piraatje sleepten we achter de 'Harten Vier" mee naar Friesland.
Mooie vakanties waren dat.
Misschien later meer daarover.

Roeien, zeilen en een klein buitenboordmotortje van anderhalve PK.
Een Seagull.
Die dingen lopen altijd.
Als ze het niet doen, dan is ie echt naar de haaien.

Mij broer mocht al snel ook met het motortje.
Bij mij duurde dat wat langer.
Ik was nog te jong.
Acht was ik, toen ons piraatje klaar was.


Glad ijs.
Mijn innerlijke belevingswereld groeide en groeide.

Toen kwam daar de lagere school .
Als je nu aan me vraagt: "Wanneer hield jouw leven op?"
Dan was dat het moment dat ik verplicht naar school moest.

Wat een ramp.
En dan druk ik me mild uit.
De hel op aarde.
Dat was het.

Ik heb me nooit en te nimmer op welke school dan ook lekker gevoeld.

Pas toen ik op de kunstacademie zat werd dat wat beter,

School is ook niet bevorderlijk voor een creatieve kindergeest zoals de mijne.
De meeste van mijn vriendjes en vriendinnetjes op school schenen er niet zo onder te lijden als ik.
Zo leek dat ten minste.
Ik kan het mis hebben.
En in sommige gevallen had ik dat ook mis.

Maar ik was in ontwikkeling en die werd nogal gehinderd door school.

De Juffen en Meesters deden hun best.
Een juf zelfs zo goed, dat het nooit wat geworden is tussen ons.

In feite heeft ze mij het leven, door haar gedrag, zo moeilijk gemaakt dat ik het hele schooljaar uit mezelf geen woord tegen haar gezegd heb.

Ze vond dat ik niet normaal was, dus wilde ze me niet naar de zesde klas over laten gaan.
De zesde klas noemen ze tegenwoordig groep 8.

Alle andere leerkrachten waren het met mijn ouders eens.
Volgens hen was er niets, of niet veel dan, met mij aan de hand, zodat ik rustig naar klas zes over zou kunnen.

Maar dat vreselijk oneerlijke en onechte mens ging fors op haar strepen staan en ik zou dus niet naar de normale zesde klas gaan, maar naar 6b.

Dat was een klas met kinderen die naar de technische school en de huishoudschool konden.
En als ze dat per se wilden ook nog naar 6a.
Dat laatste heb ik dus gedaan.
Van 6b naar 6a.

Later heeft meester Raadsveld mijn ouders nog gezegd zich geen zorgen om mij te maken, want het zit er in en het komt er absoluut ook uit.

Toen ik dat hoorde was ik erg blij, want die hele affaire heeft mijn zelfvertrouwen nou niet bepaald goed gedaan.

Waarom?

Dat is een goede vraag.

Al eerder heb ik verteld over mijn gevoeligheid wat sferen betreft.
Dat heb ik dus altijd al gehad.
Daar ben ik mee geboren en mijn vroege jeugd heeft er aan bijgedragen dat ik me in ieder geval op geestelijk gebied goed kon ontwikkelen.

Maar deze juffrouw, ik zal haar naam niet zeggen, want dat verdient ze niet en het is ook niet nodig, was zo afschuwelijk onecht en oneerlijk in haar gedrag naar kinderen toe, dat ik er misselijk van werd.
Altijd dezelfde kinderen voortrekken.
Ook die namen zal ik niet noemen, want zij konden er ook niet zo veel aan doen.
Sommigen hebben er handig gebruik van gemaakt.
Alleen ik wist niet hoe.

Mijn protest bestond uit zwijgen.
Dodelijk zwijgen.
Want als een 11 jarig kind een jaar lang niets tegen je zegt, dan zit er iets niet goed.

Haar valsheid uitte zich onder andere in zeer onechte stembuigingen.
Van heel hoog, naar laag en niets klonk eerlijk en oprecht.
Eerlijk gezegd weet ik niet of er meer kinderen in mijn klas waren die dat ook in de gaten hadden.

Ik in ieder geval wel.

En er ging geen dag voorbij of dat mens tartte mijn gevoel van rechtvaardigheid.
Dat is een beetje sterk ontwikkeld bij mij.
Daarom gebruik ik Hendrik ook om dat stuk van mij een uitlaatklep te geven.

Ik zie nou eenmaal gelijk wat voor vlees ik in de kuip heb.
Zit er zo goed als nooit naast.
Misschien een enkele keer.

Aan die gave heb ik veel gehad als acteur/animator.
In mijn muziek avontuur was het eerder een handicap.
Er hoefde maar ergens iemand zich rot te voelen of ik voelde dat, zonder daar erg in te hebben overigens, en dan speelde ik al niet lekker meer.

Dat heeft me zeker als jongeman in bandjes parten gespeeld.
Als het echt heel erg was, dan ontstemde mijn gitaar onder mijn vingers.
Zo sterk werkte dat op mij in.

Dat wel natuurlijk.

Mijn gevoel onderdrukken was een natuurlijke gang van zaken.
Maar dat is buitengewoon onnatuurlijk voor een type als ik.
Voor iedereen natuurlijk.
Maar mijn gevoel was de enige graadmeter waar ik houvast aan had.
Het zou nog jaren en jaren duren voor ik er erg in had en het onder controle kreeg.

Ik was al over de 50 toen ik dat voor elkaar kreeg.
Dat was toen ik in de club reisgenoten, zoals ik ze noem, van Marie Thérèse terecht kwam en daar leerde dat wat ik altijd al gezien en gevoeld had ook echt was.
En helemaal waar.

Mijn gevoel liegt nooit.
Ik heb wel geleerd er goed mee om te gaan.
Wat voor mij de waarheid is, hoeft dat voor een ander niet te zijn.

Een voorbeeld.
Als ik op een bruiloft van twee dolgelukkige mensen werkte, zei ik hen nooit dat het huwelijk waarschijnlijk niet zo lang zou duren.
Dat doe je niet.

Maar in een paar gevallen heb ik achteraf vernomen dat het huwelijk inderdaad geen stand gehouden had.

Tja, wat doe je als je het voor je ziet gebeuren.
Blijven lachen en net doen of je gek bent.
Dat kwam op zich wel mooi uit, want voor veel mensen is het werk als entertainer niet veel meer dan een beetje gek doen.
En er dan nog voor betaald worden ook.

Ach.
Het went.

Ook mijn hoge gevoeligheid.

Hoe zal ik het zeggen?

Blijven proberen.
Tot en met mijn 52ste levensjaar is het echt een handicap voor me geweest.
Natuurlijk heb ik mezelf stilletjes aan geleerd naar mijn gevoel te luisteren.
Een van de voordelen voor mij was dat ik niet meer zo nodig altijd gelijk moest hebben.
Ook al had ik het, dan nog is het vaak beter die waarheid in het midden te laten.
Een ander kan maar zo een andere mening hebben.
En dat recht heeft die ander dus ook.

Zoiets gaat natuurlijk niet in een keer.
Daar gaat tijd overheen.
En omdat mijn schooltijd bepaald geen succes was, was van overmatig zelfvertrouwen nou ook niet bepaald sprake.
Vandaar dat ik eigenlijk altijd en overal onder mijn normale mogelijkheden gefunctioneerd heb.

Als een soort lijfsbehoud.

Aan de ene kant kan dat handig zijn, maar het zorgt natuurlijk ook vaak voor frustratie.
Je ziet dat er iets niet goed is of gaat, maar er zelf niet toe komen om het beter te doen.

Ja, voor mezelf wel, maar een ander daar bij helpen is lastig.

Wie ben ik om iemand anders te zeggen dat het anders en misschien wel beter kan?

Zou dat soms echt wel graag willen doen.
Maar ik heb alleen een kunstacademie diploma en daar kom je niet ver mee.

Nee, zolang er in deze wereld nog naar schoolresultaten gekeken wordt moet ik gewoon wat anders gaan doen.

Waar was ik ook alweer goed in?

De waarheid mag wederom gezegd worden.


O ja.

Creativiteit.

Nou dan doe ik daar dus wat mee.

Sinds ik die prachtige URL heb gekregen is er weer een deur voor me geopend.
Dirk is NU overal

In De Speakerscorner oefen ik me in het uiten van hoe ik het zie en wat ik daar van vind.
Dat durfde ik vroeger niet zo goed.
Was bang dat ik telkens weer in een hoek geschopt zou worden.

Zoals dat in de vijfde klas op de lager school gebeurd was.
En op de Mulo en de HBS later ook gebeurd is.

Beide scholen heb ik niet afgemaakt.
De lagere school wel, want ik ben keurig ook naar 6a gegaan.
Maar mijn ziel was reeds geknakt en dat is wat school betreft nooit meer goed gekomen.
Ik heb er wel aan gewerkt en het reeds lang in mijn gevoel gebracht en het alzo verwerkt.

Terug naar school.

Van de derde klas Mulo mocht ik naar de derde klas HBS.
Een rechtstreeks gevolg van mijn creativiteit.
Want een kat in het nauw maakt rare sprongen.

Ik kwam later pas achter de ware reden van mijn opmerkelijke switch.
Na veel heen en weer gepraat en omdat ik er zo aardig uitzag en mijn vader ook op die HBS in Zaltbommel gezeten had, werd ik toegelaten.
Was ik op de Mulo al eens blijven zitten, gebeurde dat op de HBS natuurlijk ook.
Gekscherend zeg ik wel eens: " Ik heb drie jaar HBS en daar heb ik twee jaar over gedaan."

Best wel een frustratie geweest.
Daar ben ik heel eerlijk in.
Maar heeft heeft niet zo mogen zijn.
Het is me niet gelukt.

Ik weet dat leerlingen niet helemaal onbevooroordeeld naar hun eigen cijferlijst kijken en ik zal daar echt geen uitzondering in geweest zijn, maar ik weet zeker dat het een paar keer expres gebeurd is om mij een lesje te leren.

Dat is dus op 3 scholen gebeurd.
Ik geef toe dat ik geen briljant student was, want daar deed ik te weinig voor. 
Misschien heeft dat me wel echt genekt.
Ik wilde heus wel, maar het zal er gewoon niet in.
Altijd heb ik al moeite gehad met dingen onthouden waar ik het nut niet van inzie.
Dan ben je gauw klaar in ons huidige schoolsysteem.
Maar als ik de manier van cijferlijsten berekenen vergelijk met hoe dat tegenwoordig gaat, dan zou ik nooit zijn blijven zitten.

De reden waarom ik naar de HBS wilde was officieel omdat ik naar de politieacademie wilde.
Om rechercheur te worden.
Echt waar.
Dat zou ik nog wel willen.
Het nadeel was dat je eerst wel in uniform op straat moet werken.
Volkomen logisch natuurlijk.
Maar uit mijn latere militaire dienst ervaring waarin ik met vlag en wimpel S5 scoorde, zat die uniform dienst er uiteraard niet in.

Ik ben en blijf allergisch voor mannen en vrouwen met strepen en sterren op hun mouw.
Die kun je niet genoeg wantrouwen.
Als ze dat pak uit hebben dan gaat het nog wel.
Maar hijsen ze zich in uniform dan komt de dwaas over hen en kunnen ze zelf niet meer denken en kramen ze wartaal uit die van bovenaf opgelegd is.

Wel erg leuk om dat soort mensen te spelen.
Dat heb ik dus ook gedaan.
Maar in het echt is het afschuwelijk.

Daarom heb ik ook zo'n bloedhekel aan politici die op de een of andere manier macht hebben omdat ze in een grote partij zitten of in de regering.

Ze veranderen in dwazen zonder alcohol genuttigd te hebben.
Dan zou het nog wel gaan.
Dan kun je zeggen dat als de alcohol is in de man, dan zit de wijsheid in de kan.

Er komt werkelijk geen zinnig woord meer uit, want ze mochten eens iets zeggen waar ze later aan gehouden worden.
Of nog erger.
Ze mochten eens iets zeggen wat de partijleider niet goed vindt.
Of dat het slecht ligt bij de achterban.

Je begrijpt dat ik met genoegen mijn eigen cartoonheld Hendrik op dat volk loslaat.
Zou je dat nou wel zeggen?

Dat vraag ik me ook wel eens af, maar dan vind ik toch altijd een manier om het goed te zeggen en uit te beelden.

Zoals ik het goed vind.
Dat wel.

Ik denk dat je je niet half voor kunt stellen hoe goed het voelt om al die Hendrikken te maken.
Zo af en toe een "Roosje" en een "Swami Willie" ertussendoor.

Voor de broodnodige variatie en andere invalshoeken.
Want ik ben altijd voor vrede en vreedzame oplossingen.

Maar soms is het gerechtvaardigd om geweld te gebruiken.
En dat doe ik dan met mijn teken- en schrijfpen.
Gevoed en aangestuurd door mijn creativiteit en sensitiviteit.

Dat is echt zo'n beetje het enige waar ik goed in ben.
Werken met en vanuit mijn creativiteit en mijn gevoel.

Nu ik een heel nieuw leven mag opbouwen worstel ik met de vraag wat te doen.

En hoe.

Ik heb mijn hemelse vrienden en vriendinnen er al over gevraagd.

Maar ze zijn een beetje stil op dat gebied.

Ik moet het echt zelf uitzoeken.
Ik krijg wel eens een hint.
Maar het duurt soms ook even voor ik dat door heb.

Het is echt de bedoeling dat ik het zelf bepaal.
Mooi natuurlijk.
Maar ook erg lastig.

Mensen helpen.
Hoe?

Door ze te begeleiding in verwerkingsprocessen?
Het zichzelf helen door de reis naar binnen, zoals Jezus ons voorgedaan heeft?

Ja graag.
Ik ben die reis zelf ook gegaan.

En je krijgt nooit mensen met problemen die je zelf niet aankunt.

Nou dan kunnen er veel bij mij terecht, want ik ben heel diep gegaan.

En ik ben bereid nog dieper te gaan als dat nodig is.

Geen probleem.

Gewoon doen.
Begrijp jij het? Dan begrijp ik het ook!

Ik heb dat al een paar maanden geleden, een maand of zes geleden al wel, het universum in gestuurd.
Erover geschreven.
Erover gepraat.

Precies zoals ik dat ook in mijn werk gedaan heb als ik iets wilde creëren.

Forceren, pushen, werkt bij mij averechts.
Het moet uit mijn binnenste komen anders werkt het niet.
En altijd is alles wat ik graag wilde en ook goed voor me was op de best mogelijke manier gebeurd.

Je krijgt altijd waar je om vraagt.

Als het binnen je levensopdracht past.

Dat dan weer wel.

En dat wordt zo vaak vergeten te vertellen door schrijvers/sters van boeken die in zelfrealisatie geloven en erover schrijven.
En daar ook helemaal gelijk in hebben.

Behalve als het niet de bedoeling voor je is.

Eerst doen wat gedaan moet worden.
Conform je levensopdracht.
Daarna kun je doen en laten wat je wilt.

En daar worstel ik nu dus een beetje mee.
Want ik weet wat ik kan en ik weet ook wat ik wil.

Waarschijnlijk wil ik toch een beetje veel tegelijk.
Maar dat kan ik wel.

Met een paar zaken ben ik aardig op weg.
Ik wil graag schrijven.
Tekenen blijft ook fijn om te doen.
Dat doe ik dus ook allebei.

Boeken en verhalen uitgeven wil ik ook.

Ik ben nu wel even heel eerlijk.
Maar daar komt toch weer dat stukje verlegenheid en examenvrees.
De reden waarom ik werkelijk van Mulo naar HBS ging.
ik heb 3 jaar HBS en dat staat gelijk aan MUlo B.

Daar kon ik mee naar de kunstacademie.
Een opleiding die als een laatste strohalm op mijn weg kwam.

Natuurlijk tekende en schreef ik altijd al.
Vanaf dat ik dat kon en dat was dus al vroeg.
Vooral tekenen dan.
Schrijven kwam pas nadat ik naar de lagere school ging.
De waarheid doet soms pijn!

Ik had dus examenvrees.
Dat speelde me dus ook nog parten toen ik op de kunstacademie zat.
In het derde jaar problemen met mijn hoofddocent.
Hij niet met mij.
Nee, ik met hem.
Een beetje erg aanwezige man.

Volgens mijn kinderen ben ik ook altijd erg aanwezig.
Tel uit je winst.
Toch weer terug naar de academie.

Voor mijzelf.
Niet voor mijn ouders.
Of omdat dat beter was.

Nee.

De reden voor mij was even simpel als waar.

Ik zou nu eindelijk eens iets afmaken.

Dat heb ik dus gedaan.

Mezelf ook deze keer weer overwinnend.
In mijn vijfentwintigste levensjaar.
Het examen was vlak voor mijn 25ste verjaardag.

Mezelf overwinnen.
Dat gaat me nu dus ook weer lukken.

Kan me geen moer schelen hoe lang het duurt.

Ik doe het gewoon.

Volhouden.

In mijzelf geloven.

In mijzelf vertrouwen.

Weten wat ik wil.

Gaat ook steeds beter.
Logisch toch!

Langzaamaan krijg ik meer vertrouwen in mijn schrijfcapaciteiten.

Voor een ander weet ik het wel.

Anderen kan ik wel op weg helpen en stimuleren.
Als men dat wil.
Maar het voor mezelf doen is toch nog lastig.

Dat is dus nog een reden waarom ik al sinds half februari twee blogs per week schrijf.
Die ene week dat ik dat niet gedaan heb kwam door mijn drukke werkzaamheden van die week met een paar optredens en zo.
Dat is een oud verhaal.

Sinds twee weken maak ik iedere werkdag een Hendrik en aan het begin van de week ook nog een "Swami Willie" of een "Roosje".

Bovendien schrijf ik er ook nog bij waar het die dag over gegaan is hoe ik tot de cartoon gekomen ben.

Dat zou niet nodig moeten zijn, maar zo doe ik het graag.

Ik schrijf graag en door het vele doen, gaat het ook steeds beter en gemakkelijker.

Hetzelfde begint ook weer te gelden voor het tekenen in de Goof- en Hendrik stijl.

Zo af en toe teken ik ook weer een nieuwe strook van Goof.
Het is nog niet wat het zijn moet, maar het komt.

 
Als het zover is, dan laat ik ze gewoon zien.
Keuze en tijd genoeg.

Vandaag wat over mijn jonge jaren geschreven.
Hoe mijn innerlijke ruimte me altijd tot dienst geweest is.
En hoe het toepassen van mijn creativiteit op veler gebied me uit vele lastige situaties geholpen heeft.

Het heeft me goed gedaan, want zo moet ik het doen.
Ik zou niet weten hoe het anders te doen.

En dan ineens ...

hoepla ...

... dan is het daar.

Dan staat het voor mijn deur.

Heeft er waarschijnlijk al een tijdje gestaan.

Maar ik kreeg de sleutel niet eerder gevonden.

Het maakt niet uit.

Alles is altijd goed.

En ook aan dit blog is weer een eind gekomen.

Het was me weer een waar genoegen.

Tot het volgende blog,

Groet,

Dirk